Samen leven doe je samen!
Inclusieve buurten
‘Houd rekening met het feit dat mensen verschillend zijn’
Steeds meer mensen van verschillende achtergronden stromen de wijken in. Ook psychisch kwetsbare mensen. Ggz-instellingen zijn daarmee een belangrijke samenwerkingspartner in de wijk. Hoe kunnen we samen bijdragen een inclusieve buurt waar mensen naar elkaar omkijken? Wat is daarvoor nodig? We vroegen het Ruth Peetoom. Jarenlang was ze predikant, voorzitter van het CDA en sinds 1 september is zij de nieuwe voorzitter van de Nederlandse ggz.
Wat betekent bijdragen aan goed samenleven voor u, als voorzitter van de GGZ?
Goed samenleven vanuit het perspectief van de geestelijke gezondheidszorg betekent rekening houden met het feit dat mensen verschillend zijn, ook in mentaal opzicht. En ook dat mensen met een psychische kwetsbaarheid mee kunnen blijven doen in de samenleving. Het zit in dingen die voor de meeste mensen heel gewoon zijn: een betaalde baan of een sociaal netwerk. Sommige mensen hebben hulp nodig om dat te vinden. Wat mij betreft moeten we de maatschappij helpen om mensen die ze niet begrijpen, te accepteren en aan te moedigen om deel te nemen aan die maatschappij. En stigma’s wegnemen waar dat kan. Samenwerken aan een mentaal veerkrachtige, inclusieve en veilige samenleving, zo hebben we onze missie geformuleerd.
Ik fietste vorige week in mijn eigen stad Groningen door de Grunobuurt, waar ik zelf twintig jaar geleden predikant was. Toen was het een oude wijk met slechte, maar wel goedkope huizen. Er woonden veel mensen met sociale en psychische problemen. Nu is de wijk helemaal vernieuwd. De oude huizen zijn gesloopt, de vroegere buurtbewoners zijn verhuisd. De luxe appartementen die er nu staan kunnen zij niet betalen. Ik vroeg me af waar ze nu wonen, die bewoners van toen. Is er in de stad plek voor mensen zoals zij? Voor mij is dat een ijkpunt van goed samenleven, van beschaving, dat dat er altijd is.
Hoe zorgen we ervoor dat iedereen zich thuis voelt in zijn/haar wijk?
Het is van groot belang is dat mensen met psychische aandoeningen kunnen wonen in een veilige wijk met goede huizen, in een omgeving die hen helpt overeind te blijven. Het begint ermee dat mensen je kennen en dat je erbij kunt horen. De woonvorm heeft hier invloed op, de fysieke omgeving, maar ook is het belangrijk dat er in de wijk ruimte is voor ontmoeting, dat de wijk groen en schoon is, dat er buurtinitiatieven worden georganiseerd en er eenvoudig een beroep gedaan kan worden op ggz-behandeling, begeleiding en ondersteuning.
Op initiatief van Aedes werd in februari 2021 de Actieagenda Wonen gepresenteerd, samen met de Nederlandse ggz, gemeenten en de brancheorganisatie van de woningcorporaties. Deze actieagenda is erop gericht om wijken leefbaarder te maken met laagdrempelige ggz. Dat werkt niet alleen preventief, maar voorkomt ook opname en terugval. Voldoende passende woonruimte voor mensen met een psychische kwetsbaarheid is daar een belangrijk onderdeel van. Samenwerking van alle partijen in het sociale en medische domein die elkaar kennen is de sleutel tot succes.
Welke bijdrage kan uw organisatie daar aan leveren?
Veel zorgaanbieders in de ggz, beschermd wonen en het sociaal domein willen echt lokaal en regionaal samenwerken om die betere zorg te leveren. Wij werken actief aan de coalitie van belangenorganisaties om creatieve en succesvolle voorbeelden zichtbaar te maken. Een prachtig voorbeeld is Ruwaard, een wijk in de gemeente Oss, waar wijkbewoners en organisaties samen oplossingen bedenken waarin mensen meer voor zichzelf en voor elkaar kunnen gaan doen. Dat begon bij bestuurders die verder keken dan hun eigen organisatiebelang en prioriteit gaven aan een gezamenlijke visie. Natuurlijk zijn er altijd knelpunten die samenwerking belemmeren, zoals het complexe systeem van wet- en regelgeving vanuit Zvw, Wmo en Wlz. Wij blijven er daarom bij het kabinet op hameren dat er een structurele, bekostiging komt voor integrale, herstelondersteunende zorg voor mensen met ernstige psychische problemen.
Via de GGZ worden ook kwetsbare mensen in sociale huurwoningen geplaats. Soms leidt dat tot overlast. Hoe kunnen we er samen voor zorgen dat de leefbaarheid in de wijk goed blijft?
Dat is altijd een belangrijk punt. De oplossing begint altijd met een goede samenwerking, tussen wonen, zorg en welzijnspartners, maar ook met de politie en reclassering. Dat mensen elkaar kennen en weten te vinden is essentieel, juist als er problemen ontstaan. Als de cliënt al een relatie heeft met de ggz, is het zaak dat er snel contact gelegd kan worden met de behandelaar om de juiste interventie te kunnen doen. Is die relatie er niet, dan moeten hulpverleners de ggz snel kunnen vinden. Zo wordt de cliënt beter geholpen en de eventuele overlast voor de wijk beperkt.
Kent u uit uw eigen omgeving voorbeelden van goed samenleven?
Er bestaan mooie methodes om wijken meer inclusief te maken. Een geweldig voorbeeld vind ik het initiatief van Beter Wonen Utrecht. Hier werken gemeenten, woningcorporaties en zorgaanbieders met elkaar samen om op een eerlijke manier woningen toe te toewijzen aan mensen die uitstromen uit zorginstellingen. De instelling heeft hierbij de verplichting om de cliënt naar goede zorg te begeleiden, al dan niet in de eigen instelling. Deze instellingen blijven verantwoordelijk voor de aangemelde cliënten en de afgesloten begeleidingsovereenkomsten die horen bij de huurovereenkomst.
Die goede voorbeelden verder brengen, dát moeten we doen. Wij doen dat met onze waardenetwerken. Daarin zitten mensen met een verschillende achtergrond en diverse deskundigheden bij elkaar. Leren van elkaar, kennis delen en inspireren, daar gaat het om.
Dit artikel is afkomstig uit de nieuwsbrief ‘Bijdragen aan goed samenleven – voor professionals’ (december 2021).