Samen leven doe je samen!
Inclusieve buurten
‘Een goed functionerend systeem van vroegsignalering helpt’
De koopkrachtdaling is dit jaar ongekend hoog. En veel huishoudens hebben moeten interen op hun spaarrekening en hebben betalingsachterstanden. Een grote groep huurders kan momenteel maar moeilijk rondkomen. Wat zijn de gevolgen daarvan? Wat is er nodig om te voorkomen dat deze mensen straks financieel helemaal klem zitten? We vragen het aan Nibud-directeur Arjan Vliegenthart. ‘Op dit moment heeft een kwart van de huurders zulke hoge woonlasten dat ze niet genoeg geld overhouden voor noodzakelijke uitgaven als voeding en zorgkosten. Een groot deel heeft ook geen of maar heel weinig geld achter de hand. Deze groep heeft geen ruimte om klappen op te vangen’ benadrukt hij. Een goed functionerend systeem van vroegsignalering kan helpen om grote problemen te voorkomen.
Een toenemende groep huurders heeft moeite om rond te komen. Welke gevolgen heeft dit en wat kan hen helpen?
De gevolgen kunnen verstrekkend zijn. We weten dat mensen heel lang blijven proberen om zelf hun financiële problemen op te lossen. Ze proberen bijvoorbeeld het ene gat met het andere te dichten en schuiven zo de problemen voor zich uit. Maar dat betekent dat er verderop in de tijd een enorme ophoping van onbetaalde rekeningen ontstaat, want het is onmogelijk om het ene gat met het andere te blijven dichten. Mensen houden dat soms verbazingwekkend lang vol, maar uiteindelijk zorgt het ervoor dat de schulden alleen maar oplopen. Het helpt hen enorm als ze in een goed functionerend systeem van vroegsignalering zitten. Dat de woningcorporatie en/of de energiemaatschappij en/of de zorgverzekeraar snel aan de bel trekken bij de gemeente als zij zien dat een huishouden onregelmatig de rekening betaalt. En dat zij mensen niet om financiële redenen uit hun huis zetten.
Wat is er volgens u nodig vanuit het Rijk, maar bijvoorbeeld ook vanuit gemeenten en woningcorporaties, om te voorkomen dat (er nog meer) huurders financieel in de knel komen?
Het is dus belangrijk dat een gemeente de vroegsignalering goed op orde heeft, maar dat ook bijvoorbeeld woningcorporaties echt goed opletten. Op dit moment heeft een kwart van de huurders zulke hoge woonlasten dat ze niet genoeg geld overhouden voor noodzakelijke uitgaven als voeding en zorgkosten. Een groot deel heeft ook geen of maar heel weinig geld achter de hand. Deze groep heeft geen ruimte om klappen op te vangen.
De verhoging van het minimumloon met 10 procent betekent voor de mensen met de laagste inkomens dat zij volgend jaar beter kunnen uitkomen met hun geld dan nu het geval het is. Maar een sterkere verhoging van de bijstand, een eenvoudiger systeem van toeslagen en het ruimhartig omgaan met de bijzondere bijstand kunnen voorkomen dat huurders structureel in de knel blijven zitten.
Wat kunnen mensen zelf het beste doen?
Hulp vragen. Soms het allermoeilijkste om te doen, want de schaamte voor het hebben van schulden of andere financiële problemen is groot. Maar het is het beste dat ze kunnen doen. Neem iemand uit je omgeving in vertrouwen, klop aan bij de gemeente, laat iemand meekijken naar jouw budget. Als je zorgen hebt, zie je al snel door de bomen het bos niet meer. Een vrijwilliger die jou helpt om overzicht te krijgen, ziet andere oplossingen. En weet als het goed is welke hulp het beste bij jou past. Volstaat het schrappen van enkele uitgavenposten of is het tijd voor betalingsregelingen? Maar schaam je niet, zeker nu niet. Het energieplafond gaat veel huishoudens meer ruimte geven, maar als je dit jaar al door het ijs bent gezakt, kan extra hulp je lucht geven.
Het kabinet heeft in het coalitieakkoord voorgesteld om de huurtoeslag per 2024 aan te passen. Iets wat het Nibud sterk afraadt, omdat uit uw onderzoek blijkt dat bijna twee derde van de huurtoeslagontvangers er dan op achteruit gaat. Kunt u dit toelichten en uitleggen waar huurders volgens u wel bij gebaat zijn?
Alleenstaande huurders en huurders die een inkomen op of rond het bijstandsniveau hebben, vormen een kwetsbare groep. Zij hebben weinig ruimte voor alle minimaal noodzakelijke uitgaven. In eerder onderzoek zagen we al dat deze huishoudens meer baat hebben bij een verhoging van hun inkomen dan aan bijvoorbeeld huurverlaging. Maar in de nieuwe plannen zien we dat zelfs een verhoging van het inkomen leidt tot achteruitgang. De groep die geen geld heeft voor onvermijdbare uitgaven, wordt dan nog steeds groter. Daarnaast is het voor huurders – ook zonder huurtoeslag — noodzakelijk dat woningcorporaties de verduurzaming van de woningen versneld gaan inzetten zodat de druk op de vaste lasten sterk wordt verlaagd.